Docent in de spotlight: Irma Kop
Even terug in de tijd. Wist de 10-jarige Irma Kop al dat ze op een dag les zou geven?
Nee, die 10-jarige Irma wist helemaal niet wat ze wilde. Ik kon wel leren, maar ik wist niet wat ik wilde worden. Ik heb na de HAVO allerlei opleidingen gedaan waaronder Praktijkdiploma Boekhouden. Dat was begin jaren 90 bij Markus Verbeek Praehep. Het voelde als een afvalrace. Ik heb toch twee examens gedaan en allebei behaald. Het was best wel stoer want zo’n opleiding begon altijd met twee klassen en dat werd dan een klasje. Van zo’n lichting waren er dan maar 4 of 5 studenten die het ook echt allemaal haalden.
Wat wil je je studenten meegeven over de schoonheid van het vak Salarisadministratie?
Mijn drijfveer is dat ik een bijdrage wil leveren aan iemands ontwikkeling en ervoor wil zorgen dat die efficiënt en effectief verloopt. Het mooie van het vak vind ik de veelzijdigheid en dat is denk ik de overeenkomst die ik zie met het HR-vak. Het is natuurlijk niet alleen maar een salarisstrook maken, maar je bent eigenlijk met het brede spectrum bezig. Je behandelt contracten, uren, pensioen, de aangiften naar de Belastingdienst, et cetera. Dus wat maakt het een mooi vak? De diversiteit en het steeds anticiperen op wet- en regelgeving. Ik denk dat in veel organisaties de functie van administrateur veel meer richting adviseur gaat.
Wat gaat voor de salarisprofessional een steeds belangrijker thema worden in de toekomst?
Als ik kijk naar salarisadministratie, dan denk ik – wat ik al eerder benoemde – dat de rol van adviseur steeds groter zal worden voor de salarisadministrateur. Die wordt naar mijn mening meer een strategisch adviseur. Als we kijken naar veranderingen in organisaties dan gaat het niet alleen om wet- en regelgeving en herstructureringen, maar ook om allerlei systemen die met elkaar gekoppeld moeten worden. Je zult zelf initiatieven moeten nemen en met oplossingen moeten komen om bij te blijven en de doelstellingen te halen. Bij de salarisadministrateur komen verschillende kennisgebieden samen die vaak integraal moeten worden aangepakt. Het kan bijdragen om buiten de kaders te denken.
En voor de HR-professional?
Strategisch HR-beleid dient tegenwoordig ‘fact based’ te zijn. HR-doelstellingen en HR-resultaten moet je kunnen onderbouwen met harde cijfers. Om dit goed aan te kunnen pakken, is het belangrijk om kennis en kunde te hebben van HR-intelligence, ken- en stuurgetallen, HR-analytics, metrics en diverse financiële ratio’s. Volgens mij ga je je als organisatie onderscheiden als je weet welk effect investeringen hebben op de business en op mensen. Dan kom je uit op HR-performancemanagement en HR-analytics (NIRPA PE). Daar moet je data voor hebben uit verschillende bronnen. Dat kan de HR-afdeling zijn, maar dat kunnen ook allerlei andere bronnen zijn in je eigen organisatie of daarbuiten. Die informatie ga je goed analyseren en dan kun je op basis van die inzichten voorspellingen doen.
Ik ben van mening dat als je dat meer vanuit feiten gaat benaderen dan vanuit het gevoel, dat je dan voor zowel werkgever als werknemer de meerwaarde ziet. Dus een positief effect aan de kostenkant én misschien wel een veel gelukkigere en competentere medewerker. Het verlagen van ziekteverzuim en dat medewerkers een opleiding kunnen volgen zijn goede voorbeelden. Leidt dat allemaal ook daadwerkelijk tot een betere arbeidsproductiviteit?
Leren je studenten de theorie van HR-analytics ook tijdens de lessen?
Ja, daar moeten ze een businesscase over schrijven en daar zullen ze de juiste businessvraag voor moeten formuleren met de belangrijkste analysevragen. En dan gaan ze bekijken welke data daarvoor nodig is. Welke data is extern beschikbaar? En welke heb je misschien intern? Dan doorlopen ze een hele cyclus, maar ze hoeven niet alle stappen in die hele cyclus te doen. De studenten moeten dit gaan vertalen naar een praktijksituatie.
Hoe zorg je dat je zelf up-to-date blijft in het vakgebied van HR en salarisadministratie?
Op het gebied van HR, dan lees ik bijvoorbeeld een boek. Natuurlijk zijn er allerlei boeken die ik voor de lessen tot mij mag nemen; de nieuwste drukken of de nieuwste boeken. Het hangt ook een beetje van het onderwerp af. Ik ben altijd aan het zoeken op internet. Het kan ook een whitepaper zijn die ik ergens opvraag. Ik kijk in hoeverre iets nieuw of interessant is om voor mijn lessen te gebruiken. Ik heb een aantal mensen waar ik regelmatig telefonisch contact mee heb, of ik doe daar even een kop koffie mee. Dan bespreken we wat de recentste ontwikkelingen zijn. En ik ontvang wekelijks nieuwsbrieven. Die gaan bijvoorbeeld over verschillende onderzoeken en wet- en regelgeving. Ik ben altijd aan het zoeken als ik een module of training ontwikkel. Dan zoek ik of er iets nieuws is over dat onderwerp en hoe ik dat vanuit een andere invalshoek kan belichten. Zo leer ik dus.
Wil jij graag les van Irma of één van onze andere topdocenten?
Kijk dan eens naar de volgende opleidingen en trainingen:
